Karaoke
Ik was redelijk wat vaart aan het maken, want er waren een aantal Nederlanders een paar uur voor mij uit en ik wilde mij graag aansluiten bij hen om gezamenlijk verder te lopen naar de stad waar we met nog een aantal andere Nederlanders hadden afgesproken om wat samen te gaan eten.
Ik kwam ze tegen in een hut waar ze aan het rusten waren, na even bijgepraat te hebben zijn we gezamenlijk vertrokken naar de laatste tempel van die dag. Na de tempel pakken wij de trein terug naar de stad. Terwijl we op de trein staan te wachten komen we nog een Nederlander tegen, die was met een Hawaiiaan aan het lopen. We zijn inmiddels in de stad aangekomen en hebben elkaar allemaal gevonden. Wij besluiten om bij CoCo Curry te eten, een beroemde keten voor Japanse curry (en mijn favoriete Japanse maaltijd). We hebben lekker gegeten en tijdens het eten hadden wij besloten om door te gaan naar de karaoke!
In Azië is Karaoke heel populair, zo kan je een kubus huren, alleen of met een groep, en lekker afgesloten genieten van hoe slecht, of goed, iedereen kan zingen. Het gaf ook een interessante inzicht in de muzieksmaak van mensen. Zo zong de een allemaal golden oldies terwijl de andere aan het grunten was op zware metal muziek.
Gelukkig zat er gratis alcoholvrij drinken en ijs bij onze set in want na meerdere uren aan karaoke was mijn keel ook wel erg schor van al het zingen. De volgende dag was een rustdag voor mij, maar andere begonnen om 06:00 al weer aan de wandel en de karaoke duurde tot 04:00 dus ik dook lekker mijn bed in om even bij te komen van de eerste hectische dagen.
Ik geef op
De route bestaat uit 88 tempels. Veel zijn dicht bij elkaar, maar soms heb je ook stukken van wel 80 km tussen een tempel zitten. Veel mensen haken af tijdens deze stukken of pakken de trein. Wat vroeger misschien een mooi rustig bospad was langs het water is tegenwoordig allemaal asfalt en een drukke weg aan je zij. De route ligt nog steeds langs het water dus aan de andere kant was het wel prachtig.
Dit was de eerste keer dat mijn “zin” begon op te raken. Lange dagen zonder noemenswaardige evenementen, een brandende zon over asfalt lopen en ik begon toch wel last te krijgen van mijn voeten en mijn tas. Ik liep een dorp binnen en dacht “dit is het voor mij, ik stop ermee”, ik ging naar het treinstation en nam de trein terug naar de stad waar ik begon.
Daar eenmaal terug aangekomen was het te laat om nog ergens anders naartoe te gaan en voelde mij toch wel rot dat ik het heb opgegeven. Ik heb meerdere mensen gebeld om een slaapplek te zoeken en had er eindelijk een gevonden, wel wat verder weg, maar prima. Ik bleef slapen bij een aardige man die de tocht zelf ook had gelopen, ik heb dan ook wat langer met hem gesproken en waar ik tegen aan liep. De volgende dag was ik nog niet zeker wat ik wilde doen… stoppen? Of toch maar doorgaan? Ik slaap er nog even een nacht over.
De volgende dag was daar en besloot toch om door te gaan, dan loop ik eerst maar wat minder grote afstand per dag, maar ik wil niet opgeven. Weer terug in de trein naar het station waar ik vandaan kwam en met nieuwe moed in de schoenen ging ik weer op weg naar de volgende tempel.
Je suis français
Mijn eerste “buddy” kwam ik tegen bij een supermarkt, hij zat lekker buiten in het zonnetje te eten. We raakte aan de praat en hij komt uit Frankrijk en was ook net klaar met school, rond dezelfde leeftijd, had ook IT gestudeerd dus de gesprekken verliepen prima. Hij vertrok iets voor mij, maar later kwam ik hem weer tegen en besloten we dan ook om gezamenlijk verder te lopen.
Zo waren wij weer op zoek naar een slaapplek. We stuitte op een soort van hut (6 MDF platen en een deur) dat een man onderhoud waar pelgrims mogen slapen en daar maakte wij dan maar ook mooi gebruik van. Het was een klein hutje aan een wandelpad onder een grote autoweg. Het werd al weer snel donker en we hadden geen licht in de hut, veel was er niet te doen dus gingen we maar slapen, iets eerder dan normaal, maar later in de tocht werd het vrij standaard om om 19:00 in bed te liggen na een dag van 25-30 km te lopen om de volgende dag weer om 07:00 te beginnen.
Halverwege
De tocht loopt door vier provincies. De eerste was het zwaarste, bij de tweede begon ik mij vaak te vervelen omdat hier veel afstand tussen de verschillende tempels zit. Ik weet niet wat het was maar op de berg tussen de tweede en derde provincie kreeg ik vernieuwde energie, waar het precies vandaan kwam weet ik niet, maar de gedachte dat je al over de helft bent en dus echt richting de eindstreep aan het lopen bent zorgde er in ieder geval voor dat ik die dag meer dan 40 km gelopen had.
Daar boven op die berg
We zijn inmiddels weer in wat bevolkte omgevingen, er zijn weer veel dagen waarbij je meerdere tempels op één dag bezoekt en een van de grootste uitdagingen komt er aan. Tempel 66 staat boven op een berg van 900 meter, de hoogste piek van de hele tocht. De meeste mensen nemen de kabelbaan naar boven, maar wij (de Fransman, een Amerikaan en ik) pakken de benenwagen.
De beklimming was zwaar, gelukkig is het altijd op een bergpad en af en toe wat grote treden, maar het is geen beklimming waar je speciale spullen voor nodig hebt. We waren van plan om bij de tempel te slapen, veel tempels bieden gratis of tegen een kleine vergoeding een overnachting aan, wij hadden gehoord dat het bij deze tempel gratis was. Eenmaal boven aangekomen was het weer een prachtig plaatje, maar wel laat dus weer snel naar het kantoor voor de stempel!
Het was al wat later in het seizoen dus het begon al koud te worden, helemaal boven op een berg. We besloten om, zo lang het mocht, te zitten in het winkeltje / opstapplaats van de kabelbaan en wat koop je dan zo boven op de berg in de kou? IJs natuurlijk, iedereen keek mij vreemd aan, maar een paar minuten zat iedereen lekker aan het ijs.
Geen medewerkers van de tempel of de kabelbaan slapen daar boven dus op een gegeven moment ging alles dicht en gingen ze met de laatste kabelwagen naar beneden… en toen stonden we daar met zes man, alleen, op een tempelgebied, daar boven op die berg.
Lekker naar de film
Gedurende de tocht ben ik een aantal keer naar de bioscoop geweest (wat verrassend duur is vergeleken met Nederland, een kaartje kost al snel twee keer zo veel). Tijdens rustdagen wil je natuurlijk niet al te veel doen, het is tenslotte een rustdag.
Sommige steden bleef ik meerdere dagen zodat ik kon rusten, maar ook wat kon ontdekken van de stad in plaats van alleen maar lopen. Zo was ik al weer even met een andere Nederlander aan het lopen en we begonnen over films te praten, een grote gedeelde interesse van ons. Na een dag over films gesproken te hebben begon het wel erg te kriebelen dus besloten wij om de volgende dag naar de film te gaan! Komen dan twee pelgrims met grote tassen naar de bios “kunnen wij deze tassen ergens neerzetten?” vraag ik aan iemand en dat kon gelukkig, ze hadden er zelfs wat overheen gelegd om het een beetje te verbergen. Lichten gaan uit en lekker onderuit naar Inferno (Tom Hanks) kijken.
Een andere film die rond dezelfde tijd in de bioscoop was, was Shin Godzilla, nou een Godzilla film in Japan kijken, ook al waren er geen ondertitelingen bij (zelfs met ondertiteling gaat het zo snel dat het amper bij te houden is), hebben wij zeer kunnen genieten. Deze keer was met de Amerikaan waar ik ook vaker mee liep, hij was was ouder, maar een grote fan van Godzilla dus toen het deuntje begon kon hij zich niet inhouden en deed hij gewoon mee.
The final stretch
Het is tijd voor de laatste provincie, the final stretch, nog maar een paar tempels te gaan en dan hebben we de 88 bereikt. Echter wat veel mensen doen, en wat ik ook van plan was, is om na 88 terug te lopen naar tempel 3 en zo terug naar tempel 1. Dus ook na het bereiken van de laatste tempel was ik nog niet klaar.
Voordat je na de laatste tempel toe loopt komt je eerst langs het “Henro Café”. Dit is een café met een museum over de Henro zelf. Hier kan je dan ook je certificaat ophalen dat je de tocht hebt gedaan.
Op het certificaat zie je ook hoeveel mensen voor jou een certificaat hebben opgehaald, een ruwe schatting hoe veel mensen de toch dat jaar hebben gelopen (want afhankelijk hoe je de toch hebt voldaan krijg je een ander certificaat en niet iedereen haalt het certificaat op).
Certificaat binnen, even lekker wat gedronken in het café en het is dan toch echt tijd om naar de laatste tempel te vertrekken. Tuurlijk moeten we nog een berg over… het was niet de hoogste berg, maar wel de steilste berg. Zo waren er kleine stukken waarbij we omhoog moesten via ijzeren hendels in de rotsen.
Boven op de berg stond weer een hut, over de hele tocht staan meerdere “officiële” hutten die als rustplek bedoeld zijn voor de pelgrims. Vaak ligt er ook een boekje waar je een bericht in kan achterlaten. Ik was samen met de Amerikaan en we wisten dat de Fransman iets achter liep, die had zelf wat meer pauzes nodig.
Het nadeel van een berg is dat als je eenmaal boven bent je ook weer naar beneden moet, maar dit was toch wel een hele bijzondere afdaling. Nog maar heel even en dan zijn we gewoon bij de laatste tempel, na twee maanden lopen. Daar kwamen de eerste toppen in zicht, we zijn er! We komen direct wat andere mensen tegen waar we ook veel mee hebben gelopen tijdens de tocht. Een paar minuten later kwam de Fransman ook en konden we het even vieren met z’n allen.
Ik liep de tocht in september / oktober, dit betekende dat het herfst was en dat betekent mooie kleuren in alle bomen! Zo was het bij de laatste tempel ook mega druk met mensen die allemaal foto’s aan het maken waren. Wij zaten er vermoeid tussen, maar zeer gelukkig. We hebben het tenslotte gehaald.
We zijn na tempel 88 nog terug gelopen naar de eerste tempel. Dat was een surrealistisch ervaring om weer terug te komen waar je bent begonnen, maar dan met alle kennis van de tocht. Deze keer wist ik wel alle handelingen en ceremonies om te doen (ik had ook 88 keer gehad om te oefenen). Tot slot had ik nog even de einddatum van mijn tocht in het boek genoteerd. Op mijn eerste dag had ik hier mijn naam met startdatum in geschreven en hiermee maak je het dan af.
Maar we zijn toch klaar?
Ja de tocht van 88 tempels is inderdaad klaar, maar in de laatste dagen met de Amerikaan hebben we het veel gehad of we Mount Koya nog gaan bezoeken, de rustplek van Kobo Daishi. Veel mensen beginnen of eindigen op deze plek, ook hier was een stempel te behalen, als je dan al 88 hebt wil je die laatste er ook wel bij hebben.
Het was even omslaan, je loopt met een einde in je hoofd en na dat einde verplaatst de eindstreep zich opeens. We besloten om het wel te gaan lopen (nog wel even met de ferry naar de overkant, zwemmen wordt wel heel zwaar). Dit was een vrij makkelijke route, maar tegelijkertijd wel een hele zware route om te lopen.
Eenmaal boven aangekomen was het toch wel weer een verlossing. Het zit er nu toch echt op. Na het bezoeken van de rustplaats zijn we nog over het aanliggend kerkhof gelopen waar veel gelovige begraven zijn. Veel oprichters van bedrijven lagen er ook dus was het best apart om een graf van een Yakult flesje of een ander logo van een merk te zien.
We konden helaas geen plek meer op de berg vinden om te overnachten, dit is ook wat meer een toeristische plek dus veel moet je van tevoren al boeken. Snel even op Booking.com gezocht en ik vond een mooie aanbieding voor een capsule spa in Osaka. Slapen in een hokje van 1x2 meter, maar wel met diverse baden, sauna’s, lounge area’s en andere wellness faciliteiten die na de tocht heel erg welkom waren.
Cooling down
De tocht was iets sneller klaar dan verwacht dus ik had nog even tijd om bij te komen, maar nog wel even de toerist uit te hangen. Zo ben ik met de nachtbus van Osaka naar Tokio vertrokken, meestal ben ik niet zo van het reizen met de bus, maar ik stapte op, ging zitten en viel in slaap en werd pas wakker bij aankomst! Het was begin december dus aardig koud aan het worden en heb zelfs nog wat sneeuw kunnen zien, wat erg uniek is voor Tokio zelf.
Toen ik daar aan het rondlopen was had ik een kleiner tasje, van de pelgrimstocht, mee omdat dat best handig was zodat ik geen grotere tas mee hoefde te nemen en ik werd er vaak op aangesproken door Japanners die vragen stelde of ik iets met de tocht had gedaan en die schrokken wel toen ik vertelde dat ik alles te voet had gedaan. Ook met de vlucht naar huis werd mijn stok herkend en kwam er allemaal personeel bij om die extra goed in te pakken zodat die heel aan zou komen terug in Nederland.
Het zit er op
We zijn weer terug in Nederland aangekomen, het zit er op. Naja, de reis zelf zit er op, nu is het tijd om na te genieten. Alle gemaakte foto’s weer bekeken met hier en daar momenten van “Ohja, dat was ook gebeurd”. Het was één reis, maar omdat die zo lang heeft geduurd vergeet je het begin gewoon bijna alweer. Gelukkig had ik een dagboek, in ieder geval in het begin, bijgehouden die ik zo nu en dan er nog eens bij pak om een dag even te herleven.
Iets waar veel mensen “last” van hebben, waaronder ik, is “Shikoku bjyou (四国病)” of in het Nederlands “De ziekte van Shikoku”. Dat is een gevoel waarbij het eiland je terug trekt om de tocht weer te doen. Ik was van plan om in 2021 (5 jaar na de eerste keer) de tocht opnieuw te lopen, gezien de staat van de wereld op dat moment was dat helaas niet gelukt. Als het kon zou ik vandaag nog vertrekken, maar ik vind het ook mooi om er naar toe te leven dus heb ik alvast even bij mijn werkgever gemeld dat ik in 2026 een aantal maanden vrij zal zijn om de tocht weer te gaan lopen.