Droombestemming
Altijd al heeft IJsland een enorme aantrekkingskracht op me gehad. Met actieve vulkanen die regelmatig uitbarsten, spetterende watervallen, zwarte zandstranden, spuitende geisers, magische grotten, gigantische gletsjers en natuurlijk het wonderlijke noorderlicht sprak het land behoorlijk tot mijn verbeelding. Het ruige eiland dat ongeveer drie keer zo groot is als Nederland en waar je zo’n beetje álle natuurverschijnselen kunt vinden ligt nét onder de Poolcirkel en wordt nog maar sinds duizend jaar bewoond door mensen. Vandaag de dag telt het land nog steeds niet zoveel inwoners: iets meer dan driehonderdduizend. For the record: alleen al de Gemeente Amsterdam telt bijna drie keer zoveel inwoners, kun je nagaan hoe dunbevolkt het eiland is. De IJslanders zijn nakomelingen van brute Vikingen die het waagden om middenin de ijskoude woestenij nederzettingen te bouwen. Hoe cool is dat? Als ik érgens van houd dan is het wel van Vikingen. Alleen daarom wilde ik al dolgraag een keer op reis naar dit bijzondere land. In deze blog lees je alles over mijn eerste indruk van het land.
Vikingen, elfen en trollen
Als kind dacht ik trouwens dat naast Vikingen ook de trollen hier vandaan kwamen. Inmiddels ben ik daar persoonlijk wel overheen gegroeid, maar de IJslandse overheid heeft nog steeds zoveel respect voor de sagen en legenden dat ze complete wegen om rotsblokken heen leiden wanneer ze vermoeden dat daar trollen wonen. Ook zodra omwonenden beweren dat de rotsblokken zelf ooit trollen zijn geweest die versteend zijn geraakt door zonlicht wordt onmiddelijk de bouw stilgelegd. Ondanks dit rotsvaste geloof in mythologische figuren (uit een onderzoek van de Universiteit van IJsland blijkt dat 62% van de IJslanders het mogelijk acht dat elfen bestaan) prijkt IJsland al jarenlang fier bovenaan allerlei lijstjes die meten in welke landen ter wereld de inwoners het meest gelukkig, gezond en ontwikkeld zijn. Tsjah, als ze in één van de slimste en meest ontwikkelde landen op deze aardkloot al geloven in de volksverhalen die eeuwenlang van generatie op generatie worden doorverteld, wie ben ik dan om die in twijfel te trekken? Uiteindelijk zijn het allemaal prachtige metaforen die symbool staan voor respect voor de aarde waarop we leven en eerbied voor de natuur, en dat getuigt in mijn ogen inderdaad van een hoogontwikkeld volk.
Bizarre zangeressen en crossfit chicks
Als opgroeiende puber in de jaren negentig was ik de wonderlijke verhalen over Vikingen, trollen en elfjes vrijwel vergeten en hield ik me voornamelijk bezig met het bestuderen van videoclips van hardcore DJ’s en punkbandjes op MTV. De bizarre videoclip van IJslands bekendste zangeres Björk fascineerde me destijds enorm. Zij scoorde een waanzinnig populaire hit met een bloedirritant liedje. Alleen al door erover te schrijven heb ik dat kutlied weer in mijn hoofd zitten en jij nu waarschijnlijk ook: SSSSSH, SSSSSH. Daarna bleef het een aantal jaren voor mijn gevoel ‘oh so quiet’ rondom IJsland. Tot de bankencrisis in 2008 toesloeg. Mensen die hun zuurverdiende spaarcentjes bij Icesave hadden ondergebracht kwamen toen bedrogen uit. Oh ja, en ik kon in 2010 vanuit Thailand opeens niet terug naar huis vliegen omdat de rookwolk van een IJslandse vulkaan zo nodig het Europese vliegverkeer dagenlang moest platleggen. Dat leverde me toen een paar dagen extra wereldreis op, wat ik dan weer minder vervelend vond. Tegenwoordig zie ik vooral hot news uit IJsland voorbijkomen op Instagram. Als sportfanaat volg ik namelijk drie vrouwen die al jarenlang de crossfit wereldtop domineren: Annie Thorisdottir, Sara Sigmundsdottir en Katrin Davidsdottir. Neem zelf maar eens een kijkje op Insta: alledrie prachtige krachtige vrouwen. Toen ik zag dat je gewoon kan komen trainen in de crossfit gym waar zij ook sporten was ik niet meer te houden. GIRLCRUSH! Ik moest en zou naar IJsland en wel NU!
Van hittegolf naar ijskou
Begin mei 2018 was het dan EIN-DE-LIJK zo ver. Na een gezellig avondje met ietsiepietsie te veel drank en te weinig slaap ben ik samen met een vriendin met kreukels in de wangen en wallen op de knieën in het vliegtuig gestapt. Make-up van de dag ervoor nog op, vage knot op de kop, who cares anyway! Alsof die Vikingen zitten te wachten op twee opgedirkte tuttebellen uit Nederland (klein detail is dat ik eigenlijk niet eens weet hoe ik me überhaupt moet optutten, dus dat had toch een mission impossible geweest). Ik had niet eens normale kleren ingepakt en vond het eigenlijk wel chill om een weekje de elementen te trotseren in mijn camping kloffie, loop toch het liefst in één van mijn sportpakjes. Terwijl heel Nederland ondertussen de moord stikte van de hitte en vol gas genoot van de eerste zomerse temperaturen, was het tijdens onze aankomst in IJsland maar drie graden boven nul en barstte er zo ongeveer elk uur een fikse hagelbui los. Die verdomde hagelstenen deden zoveel pijn dat het leek alsof dondergod Thor het persoonlijk op ons gemunt had. Nou verandert het weer in IJsland zo’n beetje ieder kwartier dus hadden we ook wel droge perioden tussendoor, maar het bleef het een behoorlijk contract met thuis. En het was ook een beetje irritant om al die vrolijke foto’s op Facebook voorbij te zien komen van vrienden in bikini’s op het strand en op terras terwijl wij in de pleureskou zaten. Hallo, we gingen niet voor niets in mei naar IJsland. Normaal gesproken begint dan de zomer en dan zou het volgens de Lonely Planet niet zo stervenskoud zijn. En alles wat in de Lonely Planet staat is waar, alleen doet het klimaat de laatste jaren een beetje raar. Climate change, anybody?
Chillen in de Blue Lagoon
Om onze reis ondanks de tyfuskou toch een beetje relaxed te beginnen besloten mijn vriendin en ik meteen na aankomst een stomend heet badje te nemen in het geothermische water van de befaamde Blue Lagoon. Nu klinkt het alsof we dit mega impulsief hadden besloten doordat het zo koud was, maar eigenlijk hadden we die allang van tevoren geboekt. Als je namelijk niet op tijd reserveert kom je het wereldberoemde poedelbadje mooi niet in. Ik had eigenlijk verwacht dat het een supertoeristische attractie zou zijn en dat we nauwelijks de ruimte zouden krijgen om te ontspannen, maar niets is minder waar. Ondanks dat wij hier op een zaterdagmiddag aankwamen viel het met de drukte onwijs mee! Het zwembad dat wereldwijd bekend staat om haar mineraalrijke water met bijzondere blauwe kleur ligt bovendien maar op een steenworp afstand van het vliegveld, dus nog geen twee uur nadat we uit het vliegtuig waren gestapt lagen we al zalig te badderen en zogenaamd helende kleimaskers op onze oververmoeide snoetjes te smeren. Het vakantiegevoel begon meteen te komen. Aangezien alles in het leven draait om balans vonden we dat we met dat detoxen het gezonde gedoe niet moesten overdrijven en kochten we na de spa sessie bij de plaatselijke supermarkt meteen een pakje peuken. Voor bijna twintig euro. Oepsie! Mocht jij nou ook een (recreatieve) roker zijn, haal dan een belastingvrij sloffie kankerstaafjes op het vliegveld. Beter voor je portemonnee. Niet persé beter voor je longen, maar goed, we hadden het nu eventjes over geld.
Op de kleintjes letten
Net als alle ontwikkelde landen is IJsland dus reteduur. Dat is ook wel logisch, want het klimaat en het landschap lenen zich niet bepaald voor het produceren van allerlei voedsel. Behalve wortelgroenten zoals aardappels moeten zo’n beetje alle andere voedingswaren ingevlogen worden. En dat kost geld. Maar als je slim reist en zorgt dat je overnachtingen boekt bij een bed & breakfast waar je ook een keukentje hebt om je eigen eten klaar te maken kan je het allemaal redelijk binnen budget houden. Wij hebben al onze accommodaties mét eigen keukentje van tevoren gewoon geboekt via Booking.com. Superhandig, want je kan dan tot een paar dagen van tevoren kosteloos annuleren en hoeft pas bij aankomst te betalen. Na een heerlijk eerste nachtje slapen in een prima pension aan de kust van zuidwest IJsland begon onze reis op de tweede dag pas echt. Met een inimini huurautootje begonnen we lekker tegendraads tegen de klok in aan onze roadtrip over de ringweg die het hele eiland rondgaat. Die rondweg is in totaal ruim dertienhonderd kilometer lang, maar omdat die niet volledig is geasfalteerd (en soms zelfs uit gravelroad bestaat) mag je er maar maximaal negentig kilometer per uur rijden. Wat ik eigenlijk een beetje kinderachtig vind, want er rijdt geen mens op de weg in dit dunbevolkte land en naast een paar IJslandse paardjes komen er niet eens wilde dieren voor die je dood kunt rijden.
ADHD en een boze agent
Nu heb ik zwaar ADHD en ren ik niet alleen met een rotgang door het leven, ook leidt mijn rechtervoet een compleet eigen leven als het aankomt op het intrappen van het gaspedaal. Onderschat NOOIT de therapeutische waarde van keihard rondscheuren in een auto terwijl je luistert naar extreem harde muziek! Beetje jammer dat we daardoor met loeiende sirenes en zwaailichten van de weg zijn gehaald door een hele flauwe politieagent die het nodig vond om ons ter plekke een boete te geven omdat ik ietsiepietsie te hard reed. Wat maakt die tweeëndertig kilometer per uur nou uit op een zowat onbewoond eiland? Het hele geintje kostte ons wel bijna zeshonderd euro. Eigenlijk achthonderd, maar omdat we meteen ter plekke moesten betalen kregen we een korting van vijfentwintig procent. Wauw. Reuze bedankt. Maar goed, die boete kregen we pas op de één na laatste dag van onze reis en ik was nog maar net begonnen met schrijven over de tweede dag. Jaaa, maak je borst maar nat. Als je niet van lezen houdt kan je hier maar beter stoppen: ik houd niet van half werk. Houd jij wel van lezen en ben je benieuwd naar de rest van mijn avonturen in IJsland? Lees dan meteen mijn volgende blog waarin ik je alles vertel over de bijzondere bezienswaardigheden en natuurverschijnselen in IJsland.
Lees hier deel 2 van mijn blog over deze rondreis in IJsland!