Toerist in eigen land
Inmiddels zal het de meeste lezers duidelijk zijn dat het mijn doel is om mensen te inspireren op reis te gaan in eigen land. Verre reizen worden al gauw interessant en fascinerend gevonden, maar niet iedereen kan die betalen of er de benodigde tijd voor vrijmaken. Bovendien valt er in ons eigen land genoeg moois te ontdekken. We kunnen hier natuurlijk niet over de Amazone varen, maar wel over de vele rivieren en meren die Nederland rijk is! Hoog tijd dus om verslag uit te brengen van de twintig Nationale Parken in ons waterrijke landje. In deze blog lees je alles over Nationaal Park Alde Feanen.
Nationaal Park
De Alde Feanen is een Nationaal Park in de provincie Friesland dat ligt rondom het dorp Eernewoude. Het park bestaat uit een laagveenmoeras met meren, veenplassen, petgaten, trilvenen, rietlanden, hooilanden en moerasbossen. Als jij je nou afvraagt wat dat in godsnaam allemaal zijn lees dan rustig verder: ik had ook geen flauw idee maar heb het voor je uitgezocht! Veen is een natte, sponsachtige grondsoort die is gevormd door afgestorven planten in moerassen. Negenhonderd jaar geleden werd in de Friese venen al turf gewonnen: gedroogd veen dat als brandstof kan worden gebruikt (net als bijvoorbeeld hout, steenkool olie of gas). Vanaf vierhonderd jaar geleden werd die turfwinning grootschalig aangepakt. Toen werden er brede vaarten gegraven voor de afvoer van turf naar de steden van Holland.
Alde Feanen
In het gebied rond Eernewoude heeft de vervening vooral plaatsgevonden volgens de baggermethode. Daarbij ontstonden ongeveer anderhalve meter diepe trekgaten (ook wel petgaten genoemd). Daartussen lagen smalle stroken niet afgegraven veenland waarop het veen uit de trekgaten te drogen werd gelegd, waardoor er een kunstachtig mozaïek van vaarten en slootjes is ontstaan. Deze zogenoemde legakkers (ook wel ribben genoemd) werden overigens door wind en golfslag regelmatig weggeslagen, waardoor ook grotere meren zijn gevormd. Toen het rond negentienhonderd was afgelopen met de turfwinning omdat mensen massaal kolen gingen stoken kwam de huidige naam in gebruik: de ‘Oude Venen’ of ‘Alde Feanen’ oftewel de verlaten of oude vervening. Het moerassige onland werd in eerste instantie een gebied voor jagers, vissers en rietdekkers, maar vandaag de dag dient het vooral recreatieve doeleinden.
De Kameleon
Zei hier iemand recreatie? Now we’re talking! Wilde moerassige onlanden spreken me nu niet direct aan, mooie natuurrijke recreatiegebieden wel. Omdat het er dus nogal baggerig en drassig is kan je dit natuurpark het beste verkennen per boot. Daarom huurde ik in augustus samen met een vriend een klein motorbootje, zo eentje waarvoor je geen vaarbewijs nodig hebt. Van de verhuurder kregen we een routekaartje mee dat we grotendeels braaf gevolgd hebben, totdat we het een beetje saai en eentoning begonnen te vinden met al dat groene gras en gele riet om ons heen. Bovendien hadden we in de grotere vaarten niet echt het idee dat we ons middenin de woeste natuur bevonden, eerder op een binnenvaart voor containerschepen. De hijskranen die stonden opgesteld om een vliegtuig uit de tweede wereldoorlog op te duiken maakte het plaatje niet bepaald fraaier. Op de wat smallere vaartjes leek het wél een beetje op de filmset van ‘De Kameleon’, je weet wel: die populaire kinderboekenreeks over de ondeugende tweelingbroers Sietse en Hielke.
Net als in de Efteling
Die tweeling was echter nergens te bekennen en wij begonnen ons net te vervelen toen we langs een mooi stukje vaarden dat we graag van dichterbij wilden bekijken. Het bleek om een kanoroute te gaan. Met ons smalle bootje pasten we precies tussen de paaltjes die dat gebied ontoegankelijk maakt voor de grotere boten. Op de kanoroute vergaapten we ons aan de dichtbegroeide kleine vaargeultjes. Eindelijk kregen we het gevoel dat we op avontuur waren in de natuur! Aan de oevers bloeiden prachtige paarse en gele bloemen en op het water dreven talloze grote witte waterlelies, zo’n beetje als in de Droomvlucht. Beetje jammer dat ons motorbootje zoveel lawaai maakte (al weet ik niet wat er erger is: geïndoctrineerd worden met het muziekje van de Efteling dat nog tien weken in je hoofd blijft zitten, of geterroriseerd worden door het onophoudelijke geronk van een motorboot).
Herrie op het water
Het is werkelijk belachelijk hoeveel herrie er uit zo’n klein kutbootje kan komen zeg! Nu ben ik iemand die overgevoelig is voor harde geluiden. Het enige dat ik lekker hard wil luisteren is muziek (en dat kan me dan ook meteen niet hard genoeg). Maar andere geluiden... Killing! Ik ben op kantoor de eerste die collega’s vraagt of ze irritante piepjes van hun telefoon alsjeblieft op stil willen zetten, heb altijd oordoppen mee (voor je weet maar nooit), heb een hekel aan andermans slaapgeluiden en zoek altijd de autovrije straten op om rustig een terrasje te pikken. Gillende kinderen, loeiende sirenes, ronkende motoren en schreeuwerige reclames staan in mijn top tien van ergernissen. Na een uur in dat kleine lawaaiige motorbootje begon mijn stressniveau alleen maar toe nemen (en dat terwijl het de bedoeling was om een ontspannen dagje te varen).
Stillere boten
Om optimaal te genieten van de rust en de schoonheid van de natuur besloten we de motor even af te zetten. Dobberend op de boot, turend over het vlakke water en mijmerend over het leven namen we ons voor om de volgende keer te kiezen voor een wat geluidlozere optie. Met een kano of fluisterbootje door de wat smallere vaartjes hadden we meer de illusie gehad dat we in de middle of nowhere waren en zouden we de honderden verschillende soorten vogels die hier broeden tenminste daadwerkelijk kunnen horen fluiten. Om het natuurgebied een tweede kans te geven besloot ik samen met een vriendin in december terug te keren voor een vaarexcursie met een stille boot die vaart op zonne-energie. De Blaustirn is het hele jaar door beschikbaar voor excursies waarbij je in alle rust en zonder uitlaatgassen van de omgeving kunt genieten. Sounds like heaven!
Vaarexcursie bij volle maan
Met een klein en gevarieerd gezelschap begonnen we op een zondagmiddag in december door het laagveenmoeras te varen. Terwijl de gids van alles vertelde over de natuur en historie van het gebied zagen we de zon langzaam ondergaan waardoor het gele riet op de oevers oranje leek te kleuren. Ondanks de winterkou vonden we het geweldig om bovenop het dek van de excursieboot te staan, zodat we een weids uitzicht hadden over het mozaïek van petgaten en graslanden. Zo van bovenaf bekeken konden we veel meer zien van het natuurgebied dan vanuit het kleine lage motorbootje! Langzamerhand begon ik waardering te krijgen voor dit bijzondere stukje natuur.
Eind goed, al goed
Dankzij de schemering en het bijbehorende beperkte zicht begonnen onze andere zintuigen scherp te stellen. Hierdoor konden we de wilde ganzen goed horen die bij het vallen van de avond druk bezig waren een slaapplekje te bemachtigen, wat gepaard ging met het nodige lawaai (een prettig soort kabaal ditmaal). Terwijl de ganzen rustig werden en het echt donker werd, waren we de stille getuigen van een prachtige maansopkomst. Het was een supermaan die dag waardoor het hemellichaam extra groot aan de horizon leek te verschijnen. De vriendelijke bejaarde excursieleiding had de route zo gepland dat we de volle maan tegemoet vaarden op het laatste stuk van de tocht. Geweldig! Stilletjes stonden we met zijn allen op het bovendek, onder de indruk van de mysterieuze krachten van de natuur. Wil jij dit zelf ook eens ervaren? Ga dan zeker een keertje mee met de Blaustirn of huur een kano en laat die lawaaiige bootjes links liggen. Duik ik ondertussen weer een ander gebied in. Keep you posted!