Bali, het eiland dat voor iedereen iets heeft. Van mooie stranden, uitgaansgelegenheden, lekker eten, bezienswaardigheden, rijst velden en mooie natuur tot de lieve bevolking die continu bezig is met het geloof en leven in harmonie. Ik heb hier mijn ogen uit gekeken en ben helemaal verkocht!
Poppies lane
We hadden een heel leuk kleinschalig hotel, La Walon. Het hotel ligt aan de smalle maar drukke hoofdstraat met veel barretjes, restaurants, winkeltjes, massagesalons en hotels. Poppies Lane I is een hele bekende straat en vooral druk met backpackers. Deze bekende straat ligt ideaal, je bent zo bij alle winkels maar ook bij het strand van Kuta. Het is voor mij de eerste keer in Bali en ook de eerste keer in Azië. Ik kijk mijn ogen uit en ben echt onder de indruk van de drukte van het verkeer. De vele scootertjes die kris kras door elkaar scheuren en dan Poppies Lane, dit smalle straatje waar gewoon tweerichtichtings verkeer is of eigenlijk gewoon alle richtingen op kan. Het is zo smal dat we met de autospiegel een keer zelfs de muur raken. Bizar! Het is wel een hele gebeurtenis die je een keer meegemaakt moet hebben.
Offertjes
Wat mij heel erg opviel en waar ik erg geïnteresseerd in was waren de offertjes waar je bijna over struikelt wanneer je over straat loopt. Deze kleurrijke offertjes, ook wel Canang Sari genoemd, bestaan uit een soort gevlochten mandjes van bananenblad met voedsel, bloemen en wierook. De bevolking voert deze rituelen uit met de offertjes om de geesten en goden gunstig te stemmen.
De Balinese bevolking is veel bezig met het geloof, rituelen en offeren. Ze doen dit een aantal keer per dag. Je ziet ook overal kleine tempelplaatsen waar de offertjes ook in worden gezet en verder vind je de offers echt overal, op straat, onder bomen, op het strand, voor winkels, bij tempels en zelfs in auto’s en op scooters vind je ze terug. Door al het eten in de offerbakjes krijg je natuurlijk wel wat meer ongedierte op straat.
De Balinese bevolking heeft thuis ook een tempel of offerplaats waarin elke dag offertjes gelegd worden. We worden door onze chauffeur van die week meegenomen voor een rondleiding door zijn eigen huis en familiecomplex. Want dat is een heel complex, een soort dorpje waar de hele familie bij elkaar woont. Ook hier hebben ze een eigen tempel, een bed met gordijnen eromheen en wel een dak, voor mensen die gaan trouwen, hetzelfde voor mensen die op sterven liggen. Er is overal een huisje voor. Waar ik ook erg van op kijk zijn dat de huizen vaak alleen een dak hebben en geen muren. Niet altijd maar we hebben het tijdens deze reis wel vaker meegemaakt. Of juist geen dak en wel muren. Bijvoorbeeld de badkamer of woonkamer in de open lucht zonder dak, heel apart maar het geeft ook een gevoel van vrijheid en rust. In ons hotel en de andere hotels zijn ook kleine tempeltjes of offerplaatsen te vinden.
Ceremonie
Onderweg terug naar Kuta, na onze rondreis over het eiland, komen we in een file te staan. Maar ineens horen we lawaai en komt er een onwijze stoet mensen voorbij. Heel het dorpje is uitgelopen en de chauffeur vertel ons dat dit een crematie ceremonie is. Er zijn vele mannen die een grote toren dragen op bamboe. Ze rennen een stuk vooruit en dan zetten ze het geheel weer even neer, en zo gaan ze het hele dorp door. Tijdens de stoet was er veel muziek, geschreeuw en geluid. We laten ons vertellen dat in die toren de overledene ligt en hoe hoger de toren hoe belangrijker de persoon was. Voor de grote toren uit werd er een enorm papier mache stier ook op bamboe gedragen op dezelfde manier. Deze wordt voorafgaand ritueel verbrand. Ik vond het een hele gebeurtenis en heel indrukwekkend hoe ze eigenlijk een soort festival/feest maken van een crematie. Het gaat totaal anders dan wat wij gewend zijn.
Ik vind Bali erg bijzonder door de mooie natuur en zeker de cultuur en het geloof. Je ziet dat mensen heel andere dagelijkse bezigheden hebben dan wij en dat ze ook andere dingen veel belangrijker vinden. Ze zijn veel bezig met het geloof en familie is erg belangrijk. Het is mooi om te zien hoe de mensen in harmonie leven en rust hebben. Its a way of living….